Topic 10/11: Fiat 500
In 1967 reed een Alfa Romeo rijder rustig en nietsvermoedend met een gangetje van 130 km/uur over de Italiaanse Autostrada nabij Parma. Even later werd hij opgeschrikt toen een FIAT 500 hem van achteren naderde.
De Alfa rijder keek nog eens goed op zijn teller en inderdaad, hij reed 130 en toch kwam de FIAT 500 steeds dichterbij. De officiële topsnelheid van een vijfhondertje lag rond de 95 km/uur en er waren exemplaren van o.a. Abarth en Giannini die 120 tot zelfs 130 haalden. De Alfa rijder trok op naar 140 en verder naar 150 en trok alvast de conclusie dat “die muis” dan wel uit zijn achteruitkijkspiegel zou verdwijnen. Dit was echter geenszins het geval, sterker nog; de Alfa rijder werd even later met een gangetje van ruim 175 km/u voorbij geraasd.
Vergeet niet dat het in die tijd in Italië uiterst gevoelig lag indien iemand op de snelweg afgetroefd werd, zeker als het onbegrijpelijk was. Soms zelfs werd de strijd met messen of ander wapentuig achteraf beslecht. De Alfa rijder waarschuwde de redactie van een bekend autotijdschrift, waardoor even later de bewuste FIAT in menige krant werd afgebeeld. De auto bleek gemaakt te zijn door de broers Corbettini, die een Panhard Dyna Tiger 850 cc achterin hadden weggemoffeld. De FIAT had daarmee de beschikking over zo’n 60 pk, t.o.v. 22 SAE in de standaardversie. Verder waren er o.a. aanpassingen aan de ophanging, koppeling, assen en remmen verricht. De auto was gefabriceerd voor de zoon van een rijke industrieel die daarmee zijn rijke vriendjes wilde imponeren. De auto was nauwelijks te onderscheiden van een standaard 500. Vrij snel na “de onthulling” werd het de broers verboden om nog met de opgevoerde 500 te rijden, omdat deze volgens de autoriteiten niets meer te maken had met een standaard 500 en aldus een typekeuring vereist was.
Tussen 1957 en 1975 werden meer dan 4 miljoen exemplaren van de FIAT 500 verkocht, totdat deze opgevolgd werd door de FIAT 126 die al in 1973 werd geïntroduceerd. De 500 was in allerlei carrosserie-uitvoeringen te verkrijgen; van sedan en station tot coupé en strandauto, al dan niet via onafhankelijke carrossiers, zoals Ghia, Lombardi en Vignale, maar ook Autobianchi bouwde haar eigen versies.
In 1967 kostte een FIAT 500, 3745 gulden en was daarmee de goedkoopste auto in Nederland, zelfs nog 20 daalders goedkoper dan een Trabant, maar die haalde dan ook 102 km/u. De Abarth 695 SS was een zeer exclusieve versie. Deze had 38 Pk en kostte 6745 gulden, net iets goedkoper dan een FIAT 124. En o ja, de ombouwkosten van de “Corbettini” bedroegen circa 5700 gulden. Naast alle carrosserie- en motor-varianten werd door Moretti in 1967 zelfs een elektrische versie gebouwd. Kortom met de FIAT 500 kun je alle kanten op, tenminste als we die kofferset negeren.